Psychische scheefgroei door hoofdpijn
Iedereen moet keuzes maken, ook gezonde mensen. Voor hoofdpijnpatiënten staan keuzes meer op scherp. Zij worden gedwongen keuzes te maken door die hoofdpijn waar ze niet om gevraagd hebben en waar ze het liefst vanaf willen. Veel hoofdpijnpatiënten lopen vast in het maken van keuzes. Het kan naar twee kanten verkeerd gaan: de hoofdpijn teveel ontkennen en negeren of juist te voorzichtig omspringen met de hoofdpijn. Anne-Marie Sohier analyseert in dit eerste deel van haar artikel het probleem.
Ontkenning
Veel hoofdpijnpatiënten blijven vasthouden aan het beeld van wat ze allemaal zouden kunnen als ze maar niet gehinderd werden door die hoofdpijn. Deze mensen werken hard, vaak jarenlang. Hun hoofdpijn proberen ze verborgen te houden. Wat ze drijft is vooral een hoog arbeidsethos, verantwoordelijkheidsgevoel, schaamte, schuldgevoel en vaak ook ambitie. In hun keuzes en gedrag zijn zij er sterk op gericht ervoor te zorgen dat anderen geen last hebben van hun hoofdpijn. In vergelijking met gezonde collega’s zijn zij veel sneller bereid extra werk op zich te nemen en taken van anderen over te nemen. Ze hebben veel meer moeite dan anderen om grenzen aan te geven en zich ziek te melden. Vaak zijn zij aan het overcompenseren voor de last die zij denken te veroorzaken. In hun keuzes en gedrag lopen twee zaken mis: het medicijngebruik en de balans tussen inspanning en ontspanning.
Medicijngebruik
Als ze al medicijnen gebruiken gaan zij dat gebruik steeds meer afstemmen op hun agenda in plaats van op hun lichamelijke signalen. Als een migraine-aanval op zondag begint, nemen ze geen medicijnen, omdat ze die dan maandag kunnen nemen, als ze moeten werken. Zij nemen pijnstillers vlak voor een taak, bijvoorbeeld een vergadering, waarbij zij goed willen presteren. Het vervelende is dat de medicijnen bij zo’n beleid slechter werken. Het is verstandig triptanen in een zo vroeg mogelijk stadium van een migraine-aanval te nemen. Dan heb je de beste kans dat de symptomen goed onderdrukt worden. Als je later in de aanval ingrijpt (op maandagochtend of vlak voor die vergadering) slaat het middel minder goed aan. Het gevolg kan zijn dat het medicijngebruik toeneemt. Vaak ontwikkelen deze mensen naast hun bestaande hoofdpijn ook medicatie-afhankelijke hoofdpijn.
In- en ontspanning
De tweede zaak die vaak misloopt zijn de keuzes en gedrag ten aanzien van in- en ontspanning. Hoofdpijnontkenners richten zich steeds sterker op hun werk. In hun agenda gaan ze steeds meer overige zaken schrappen. Ontspannende activiteiten gaan vaak als eerste op de lange baan. Sociale contacten dunnen uit. Ze hebben daar geen puf meer voor. Ze werken door de week keihard, overeind gehouden door medicatie. ‘s Avonds en in de weekenden zijn zij ziek en uitgeput. Meestal schieten zelfs de noodzakelijke huishoudelijke karweien er bij in. Hun leven wordt steeds meer uitgehold.
Naast de hoofdpijn ontstaat overspannenheid, een burnout of een depressie, meestal zelfs een combinatie hiervan.
Angst en onzekerheid
Sommige hoofdpijnpatiënten laten zich bij keuzes over werk en andere activiteiten vooral leiden door angst en onzekerheid. Zij luisteren te veel en te wantrouwig naar signalen van hun lichaam, durven vaak nauwelijks te kiezen voor dingen die hun uitdagen of belasten. Je weet immers maar nooit wanneer hoofdpijn de kop opsteekt. Wat ze drijft is angst, onzekerheid, schuldgevoel en het gevoel steeds tekort te schieten. Ze geven het op om nog afspraken met vrienden te maken of naar feestjes te gaan. Ze hebben al zo vaak moeten afzeggen. Ze denken dat hun vrienden het zo langzamerhand wel zat zijn. Misschien is dit zo, misschien ook niet. Omdat ze zo overtuigd zijn van hun tekort schieten vergeten ze vaak dit aan de realiteit te toetsen.
Vermijden en afstoten
In hun activiteiten gaan ze steeds meer vermijden en afstoten. Zij richten zich vooral op veilige, bekende situaties en activiteiten met zo min mogelijk prikkels van buiten. Wat ze zoeken is rust en ruimte om rekening te kunnen houden met hun hoofd. Meestal ontstaat een neerwaartse spiraal. Omdat ze zo vaak prikkels vermijden, worden ze daar steeds gevoeliger voor. Blootstelling aan prikkels geeft vaak een slechte reactie, waardoor het vermijdingsgedrag gestimuleerd wordt. Als ze een partner hebben ontstaat er vaak een verwijdering in hun relatie, ook als de partner overloopt van begrip. Als de partner actief blijft, ervaren beiden het uit elkaar groeien van hun leven. Als de partner meegaat in het beperken van activiteiten ontstaat er ongenoegen of zelfs wrok over de verminderde levenskwaliteit.
Zelfbeeld
Het zelfbeeld van deze hoofdpijnpatiënten is vaak erg laag. Zij ervaren hun leven vaak als leeg, zinloos en eenzaam. Leuke en prettige dingen gunnen ze zichzelf niet of nauwelijks. Vanaf jonge leeftijd merkten ze dat zij niet mee kunnen komen met de rest. Soms zijn zij meerdere malen blijven zitten op school of hebben ze vergeefs verschillende opleidingen geprobeerd. Zij zijn onzeker of er wel een plek voor hen mogelijk is in de wereld. Anderen hebben jarenlang hard gevochten om mee te kunnen doen in de maatschappij. Op het moment dat zij daarin volledig vastlopen willen ze alleen rust, rust en nog eens rust. En daarmee begint de neerwaartse spiraal van het vermijden van prikkels.
Balans
De groepen waarover ik het heb gehad vertegenwoordigen twee extremen op een glijdende schaal: wegdrukken en ontkennen, of voorzichtige, angstige omgang met de hoofdpijn. De (levens)kunst zit in het midden. Je moet een goede balans zoeken. Aan de ene kant moet je op een reële manier onder ogen zien dat je die hoofdpijn hebt en dat je daar regelmatig door getackeld wordt. Aan de andere kant moet je ook serieus nemen welke zaken jouw leven de moeite waard maken, die je het gevoel geven dat je iets goeds doet met je wensen, ambities en je kwaliteiten. De kunst is om die twee kanten steeds met elkaar in balans te houden en tegelijkertijd goed voor allebei te zorgen. Ze moeten elkaar steunen in plaats van elkaar in de weg zitten. En daar is vaak creativiteit voor nodig. In mijn begeleiding van hoofdpijnpatiënten werk ik met vier belangrijke hulptechnieken om die balans te hervinden.